• Voor een vrij en beweeglijk lichaam
  • Voor de behandeling van fysieke (pijn)klachten en ongemakken
  • Acute en chronische (pijn)klachten
  • Sinds 2014
  • Meer dan 17.500 behandelingen

HartNek-, schouder- en rugklachten na operaties of ontstekingen in de borstkas – het hart

In de borstkas bevinden zich de longen, het hart en de slokdarm. Deze drie organen hebben elk op hun eigen manier invloed op de bewegelijkheid van de borstkas, nek en schouders. Bij mechanische problemen van deze organen, die het gevolg kunnen zijn van ontstekingen of operaties, kan dit leiden tot klachten rondom de borstkas, het borstbeen, de schouders, de rug, de nek of klachten tussen de schouderbladen.

Het hart

Het hart bevindt zich, samen met de longen en de slokdarm, in de borstkas. Aan weerzijden van het hart liggen de longen; aan de achterzijde loopt de slokdarm.

Het hart ligt in een zakje: het pericard. Dit zakje bestaat uit twee verschillende vliezen met daartussen een vloeistof. Dit maakt het mogelijk dat de vliezen ten opzichte van elkaar kunnen glijden tijdens het pompen van het hart. Het buitenste vlies is aan de onderzijde vergroeid met het middenrif, ook wel het diafragma genoemd. Het middenrif kan gezien worden als een plaat waar het hart op steunt. Aan de voorzijde is het vlies vergroeid met het borstbeen en aan de bovenzijde zit het vast aan de voorzijde van de nekwervels. De nekwervels kunnen daarom gezien worden als het ophangsysteem van het hart.


Door de verbinding tussen het hartzakje, middenrif en borstbeen, hebben zij invloed op elkaar. Tijdens rust wordt de inademing uitgevoerd door het middenrif. Door de aanspanning daalt dit en neemt het tegelijkertijd het hart mee naar beneden. Door deze daling van het hart komt er ook spanning te staan op het ophangsysteem. Tijdens de uitademing ontspant het middenrif en stijgt dit; het hart stijgt hierbij mee. Het ophangsysteem kan zich weer ontspannen. Tijdens inspanning wordt de ademhaling dieper waarbij de borstkas zich uitzet en borstbeen naar voren komt; het hart wordt wederom meegenomen.


Wanneer het hartweefsel of direct omliggend weefsel beschadigd is geweest na bijvoorbeeld een ontsteking van het hartzakje (pericarditis) en bypass- of omleidingsoperatie van het hart. Ook trauma’s op de borstkas kunnen littekenweefsel vormen. Denk dan aan klappen op de borstkas, een val of teveel druk van een autogordel tijdens een ongeluk. Littekenweefsel is minder elastisch waardoor het weefsel een deel van zijn bewegelijkheid verliest. Hierdoor kunnen vliezen minder goed ten opzichte van elkaar glijden en/of de aanhechtingsplaatsen van de hart kunnen gaan ‘trekken’. Dit kan tot leiden tot ongemakken, zoals het gevoel krijgen van minder lucht of in elkaar gezakt zitten. Maar ook een pijnlijk borstbeen, zeurende spieren tussen de schouderbladen en rug, klachten aan de ribben of schouder(s).

Het gevoel van in elkaar gezakt zitten en pijnlijk of zeurend gevoel rondom het borstbeen kunnen toegewezen worden aan de mechanische beperkingen van het hartzakje. Ook doordat het borstbeen beschadigd is geweest vanwege een openhartoperatie.
Een gevoel van minder lucht hebben, kan een gevolg zijn van mechanische beperkingen van de borstkas en/of het middenrif. Het borstbeen kan tijdens een inademing minder goed naar voren komen en het middenrif kan minder zakken doordat de littekens in of rondom het borstbeen of hartzakje dit tegenhouden. Dit maakt dat de borstkas zich minder kan uitzetten waardoor de longen zich minder goed kunnen vullen. Klachten aan de (lage) ribben en/of tussen de schouderbladen behoren meestal tot mechanische problemen van het middenrif.

Vaak zitten ook een of meerdere ribben vast die de klachten scherper van aard maken. Aan de achterzijde van de rib kan dit een pijnlijke rug geven. Aan de voorzijde waar de rib vast zit aan het borstbeen, kan dit leiden tot een syndroom van Tietze.

Lage nekklachten kunnen veroorzaakt worden door spanningen op het opgangsysteem van het hart omdat aan dit systeem ‘getrokken’ wordt. Dit geeft voortdurend spanning op de voorzijde van de nekwervels. Langdurige spanningen en klachten van de nekwervels kunnen op zijn beurt weer leiden tot klachten in de arm.

Tijdens het osteopathische bewegingsonderzoek komen deze problemen aan het licht. Wanneer bijvoorbeeld de ophanging van het hart voortdurend onder spanning staat, kan het hoofd minder goed naar rechts en naar links draaien: de nekwervels worden naar voren toe vastgehouden en kan leiden tot blokkades van de deze wervels. Het kan ook zijn de nek zich minder goed kan strekken: naar boven kijken is beperkt of pijnlijk. Hierdoor zou u ook meer naar voren kunnen lopen.
Wanneer de borstkas minder goed naar voren of naar boven kan komen, heeft dat direct invloed op de schouders: de (meestal linker) arm kan minder goed naar voren opgetild worden. Dit heeft veel gevolgen voor alle spieren in de schouder: een pijnlijke schouder, impingement (peesinklemming) frozen shoulder en artrose kunnen (uiteindelijk) het gevolg zijn.

Uiteraard moeten alle ontstekingen in de borstkas volledig hersteld zijn voordat het zinvol is om te starten met een osteopathisch onderzoek en een behandeling.

Waar in het lichaam en hoe sterk deze mechanische beperkingen zijn, verschilt per persoon. Daarom onderzoekt Axis Osteopathie het gehele lichaam. Hierdoor komt de oorzaak van uw nek-, schouder of rugpijn aan het licht en wordt u behandeld waar dit nodig is. De vele technieken die toegepast kunnen worden, worden uiteraard aangepast op u persoonlijk. Of u jong of oud bent, gezond of kwetsbaarder. Hierdoor krijgt u altijd een veilige en effectieve behandeling en merkt u snel resultaat!